Het belang van doorbouwen aan Nederland is voor iedereen groot. Er ligt een enorme onderhoudsopgave in de infrastructuur, het woningtekort moet de komende jaren snel worden teruggedrongen en de versnelling in de verduurzaming van de gebouwde omgeving is urgenter dan ooit.
‘Samen doorbouwen in onzekere tijden’
De oorlog in Oekraïne
Rusland is Oekraïne binnen gevallen met zeer ernstige gevolgen. Burgers vechten met gevaar voor eigen leven voor hun land of moeten vluchten om zichzelf of hun naasten en geliefden in veiligheid te brengen. Het ontbreekt veel mensen aan eerste levensbehoeften en de economie is grotendeels stilgevallen. Gezinnen worden verscheurd door de verschrikkingen van de oorlog. De ernst van de situatie en het hiermee gepaard gaande persoonlijk leed voor de Oekraïners raakt ons diep en waar dat kan willen we helpen. Individueel maar ook als partijen in de ontwerp-, bouw-, techniek- en infrasector. Dat willen we doen met bijvoorbeeld (tijdelijke) huisvesting en waar mogelijk ook met (tijdelijk) werk voor naar ons land gevluchte Oekraïners.
Ingrijpende gevolgen voor de bouw- en infrasector
De oorlog heeft ook ingrijpende economische gevolgen voor de Nederlandse economie. Dat geldt ook voor de bouw en alle daarbij betrokken partijen. Er is sprake van sterk stijgende energieprijzen en toenemende schaarste aan grondstoffen en onderdelen. Dit heeft een impact in de hele toeleverings- en productieketen. Deze ontwikkeling was al langer gaande, maar wordt door het huidige conflict versterkt. Er ontstaan hierdoor snel toenemende onzekerheden, van ontwerp tot en met de oplevering van projecten. Dat leidt er tevens toe dat ook het aanbieden en accepteren van offertes en sluiten van nieuwe contracten voor zowel opdrachtgevers als opdrachtnemers risicovoller en onzekerder is geworden. We zien nu al dat projecten uitgesteld worden en dat projecten vertraagd worden door de prijsstijgingen en verstoringen in de keten. Daarmee ontstaat discontinuïteit in de bouwproductie. Dat heeft grote gevolgen voor zowel de korte als de langere termijn. Dit geldt zowel voor de bouw als voor onderhoud, met als gevolg dat maatschappelijke opgaven zoals circulariteit, de energietransitie, verduurzaming en het oplossen van de woningnood in het gedrang komen.
Samen in vertrouwen doorbouwen
Het belang van doorbouwen aan Nederland is voor iedereen groot. Er ligt een enorme onderhoudsopgave in de infrastructuur, het woningtekort moet de komende jaren snel worden teruggedrongen en de versnelling in de verduurzaming van de gebouwde omgeving is urgenter dan ooit. Partijen willen zich daarom gezamenlijk inzetten voor het bevorderen van continuïteit: in productie en bouwstromen, in behoud van personeel en werkgelegenheid, en in realisatie van de urgente maatschappelijke opgaven. Zoveel als mogelijk moet worden voorkomen dat lopende projecten en nieuwe contractvorming vertragen of stil komen te liggen.
De snel gewijzigde geopolitieke situatie versterkt ook de noodzaak om onze afhankelijkheid van Russisch gas en fossiele brandstoffen versneld af te bouwen en de noodzakelijke innovatie richting biobased, klimaatadaptief, natuurinclusief en circulair bouwen, digitalisering in de bouw, en het conceptueel en industrieel bouwen en emissievrij bouwen verder te versnellen. Partijen willen zich daarom ook in deze nieuwe crisis gezamenlijk blijven inzetten op product- en procesinnovatie.
Dat vergt een gemeenschappelijk perspectief, waarbij partijen zich rekenschap geven van elkaars positie en belang, en daarnaar in redelijkheid en billijkheid handelen, ook vanuit het bredere publieke en maatschappelijk belang. Dit handelingsperspectief beoogt in principe niet een aanpassing van bestaande juridische afspraken tussen partijen of de aanpassing van budgettaire kaders. Die zijn in veel gevallen gegeven. Het betreft een afspraak over de uitgangspunten waarmee we elkaar tegemoet treden bij individuele casussen, een gemeenschappelijke referentie om tot werkbare oplossingen te komen in individuele gevallen, in het vertrouwen dat in veel gevallen een oplossing gevonden kan worden die gegeven de moeilijke en onzekere omstandigheden zowel de opdrachtgever als de opdrachtnemer past. Dit kunnen bijvoorbeeld afspraken zijn over herprioritering, herontwerp, aanbesteding- en vergunningprocedures, over flexibilisering en eventueel temporisering in programmering en realisatie.
De uitgangspunten voor deze intentieverklaring zijn:
-
dat financiële risico’s niet eenzijdig bij één partij in de keten worden neergelegd; noch in zijn geheel bij de consumenten, opdrachtgevers, opdrachtnemers en/of belastingbetalers;
-
dat opdrachtgevers- en nemers in goed onderling overleg – ook richting onderaannemers –, rekening houdend met elkaars belangen, tot afspraken zullen komen over hoe met risico’s van prijsstijgingen en leverings- problemen in aanbestedingen en nieuw te sluiten contracten om te gaan;
-
dat partijen in goed onderling overleg tot afspraken komen over hoe te handelen in het geval bestaande contractuele afspraken door de crisis niet (tijdig) kunnen worden nagekomen;
-
dat partijen zich in onderling vertrouwen en gezamenlijk in zullen zetten voor het zo goed mogelijk op gang houden van de bouwstromen.
Tot slot
Partijen spreken de wens en verwachting uit dat met dit gemeenschappelijk handelingsperspectief een proces is gestart gericht op vermindering van risico’s, beperken van schade en bevorderen van continuïteit in de bouw- productie en werkgelegenheid. Met de naleving van de bovengenoemde uitgangspunten willen partijen een diepe en langdurige terugval in de ontwerp-, techniek-, bouw- en infraproductie, alsook in de renovatie-, verbouw- en verduurzamingswerkzaamheden en daarmee gepaard gaande terugval in werkgelegenheid en voortgang op maatschappelijke vraagstukken als klimaat en duurzaamheid zoveel als mogelijk voorkomen.
Partijen spreken af gezamenlijk de vinger aan de pols te houden in het periodieke bouwoverleg (‘het Bouwberaad’) tussen overheid en marktpartijen. Verdere besprekingen zullen waar nodig per deelsector of deelopgave worden gevoerd. Indien gewijzigde inzichten en omstandigheden dat nodig maken zullen aanvullende afspraken worden gemaakt en maatregelen worden genomen.
Deze verklaring wordt ondersteund door:
Aedes, IPO Interprovinciaal Overleg, Koninklijke Bouwend Nederland, Koninklijke NL Ingenieurs, Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Ministerie van Economische Zaken en Klimaat, Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, NEPROM Nederlandse Vereniging van Projectontwikkeling Maatschappijen, NVTB Nederlandse Vereniging Toeleverende Bouw- materialenindustrie, Rijksvastgoedbedrijf, Rijkswaterstaat, Techniek Nederland, TKI Urban Energy, TNO, VNG Vereniging van Nederlandse Gemeenten, BNA Branchevereniging Nederlandse Architectenbureaus, Unie van Waterschappen, Aannemersfederatie Nederland Bouw & Infra, MKB INFRA, Vereniging van Waterbouwers, Nederlandse Ondernemersvereniging voor Afbouwbedrijven, Cumela, Hibin, Koninklijke OnderhoudNL, FME, Fedet, VMRG, Bouwen met Staal, Koninklijke Staalfederatie, Federatie NRK, Betonhuis, vereniging Koninklijke Nederlandse Bouwkeramiek, Nederlandse Isolatie Industrie, Koninklijke Metaalunie, Nederlandse Vereniging van Polyurethaanhardschuimfabrikanten, BUREAULEIDING, WoningBouwersNL.